Tuinieren doe je voor jezelf, om te genieten van bloemen en misschien je eigen groente- en kruidenoogst. Maar je doet het ook voor de natuur.
Een groene, gevarieerde tuin is een mini-natuurreservaatje dat je deelt met allerlei vogels, insecten en andere beestjes. Ook middenin de stad.
Landelijk gaan de aantallen wilde bijen, hommels en vlinders hard achteruit. Extra hulp is welkom, dus maak je tuin (of balkon, of terrasje) een gastvrije plek voor ze. We geven je 5 tips.
1. Kies voor bloemen vol stuifmeel en nectar
Bijen en vlinders lok je met bloemen vol stuifmeel en nectar. Denk aan een vlinderstruik, alliums, cosmea’s, Oost-Indische kers. Maar ook kruiden als rozemarijn, salie en tijm: de bloemen trekken massa’s insecten aan.
Kies voor enkele bloemen, niet met een ‘gevuld’ hartje dus. Gevulde bloemen hebben vaak geen stuifmeel, daar hebben bijen en hommels dus niks aan. Cosmea’s en enkele dahlia’s zijn niet alleen mooi, maar ook een echte hommel- en bijenmagneet.
2. Zaai bloemen voor vlinders en bijen
Zaai een speciale bloemenmengsel voor vlinders en bijen, dat kan in de volle grond maar ook in potten. Ook fijn voor jou: je hebt een zomer lang prachtige bloemen.
3. Hang bijenhuisjes en vlinderkasten op
Hang bijenhuisjes en vlinderkastjes op. Daarin is plek voor wilde bijen om nestjes te maken of voor vlinders om te schuilen bij regen. Ook leuk: een nestkast voor hommels!
4. Tuinier niet te netjes
Tuinier niet te netjes. Laat wat onkruid staan, vaak zijn dat de planten waar vlinders hun eitjes op leggen en de rupsen van eten. En juist inheemse bloemen zijn aantrekkelijk voor insecten.
5. Zet een schaal met water neer
Ook insecten hebben water nodig. Zorg dus voor een ondiepe drinkschaal, leg er wat stenen in om met droge pootjes op te zitten – ook fijn voor vogels.
Bron: Dille & Kamille
