Soms lijkt het alsof alles net niet lukt. Alsof het leven in fragmenten wordt geleefd. Werk, relaties, creativiteit, zelfzorg — alles beweegt maar niets lijkt te landen. Er wordt wel bewogen, maar het is alsof iets zich inhoudt. Alsof er continu net niet helemaal ingestapt wordt. Alsof er wel toestemming is om te beginnen, maar niet om af te maken. Om aanwezig te zijn, maar niet ten volle. Om te voelen, maar niet te handelen. En dat heeft een prijs. Niet alleen in vermoeidheid. Maar vooral in levendigheid.
De vermoeidheid van half meedoen
Het halverwege-leven is vermoeiender dan het lijkt. Niet omdat het druk is, maar omdat het krachten splitst. Er is een verlangen dat naar voren trekt, en een innerlijke rem die alles vertraagt. Er is iets dat roept — maar ook iets dat terugfluit. En ergens daartussen ontstaat een slepend gevoel. Alsof de energie weglekt in de ruimte tussen ja en nee. Voor de buitenwereld lijkt het alsof er van alles gebeurt. Maar van binnen blijft het leeg. Omdat niets écht wordt ingelijfd. Omdat niets écht wordt gekozen.
Halve toestemming is halve kracht
Veel mensen herkennen dit patroon. Een creatief idee wordt wel opgeschreven, maar nooit verder uitgewerkt. Een grens wordt gevoeld, maar niet gecommuniceerd. Een moment van rust wordt ingepland, maar alsnog ingevuld met ‘nog even dit’. Niet uit luiheid. Niet uit onwil. Maar uit een subtiel mechanisme: het gevoel dat er eerst iets moet worden verdiend. Dat er pas ruimte is voor volledige aanwezigheid als er genoeg rust is, genoeg zekerheid, genoeg zelfvertrouwen. Maar die voorwaarden zijn vals. Ze houden een deel van het zelf gegijzeld. En het resultaat is een leven waarin niets ten volle stroomt.
Volledigheid hoeft niet groots te zijn
Het gaat hier niet over perfectie. Het gaat niet over alles goed doen. Of alles tegelijk aanpakken. Het gaat over érgens helemaal instappen. Eén ding. Eén keuze. Eén daad waarin het systeem niet meer terugkrabbelt. Een project dat wél wordt afgemaakt. Een afspraak met jezelf die wél wordt gehouden. Een inzicht dat niet alleen wordt genoteerd, maar ook geleefd. Die ene beweging waarin het lichaam mag voelen: het is veilig om hier te zijn. Niet half. Niet voorzichtig. Maar helemaal. Want volledigheid is geen resultaat. Het is een ervaring van samenhang. Van aanwezig zijn in je eigen ritme, zonder jezelf telkens terug te duwen.
Terug naar heelheid
Er is geen formule voor heel zijn. Geen lijst die moet worden afgevinkt. Maar er is wél een richting. En die begint bij toestemming. Niet van buitenaf. Maar vanbinnen. Toestemming om iets niet meer half te doen. Om ergens vol in te stappen. Niet omdat het moet. Maar omdat het lichaam, het hart, het bewustzijn snakt naar coherentie. Naar de energie van: dit klopt. Daar ontstaat iets anders. Een stevigheid. Een rust. En een kracht die niet hoeft te worden geforceerd, maar simpelweg vrijkomt omdat niets zich meer hoeft in te houden.
Eén beweging
Wat mag vandaag voluit? Niet morgen. Niet als het uitkomt. Niet als alles klopt. Maar nu. Wat als er één ding is dat je niet meer op pauze zet? Eén daad waarin je jezelf herinnert hoe het voelt om thuis te zijn in je keuzes. In je ritme. In je kracht. Want wie zichzelf telkens halve ruimte geeft, ervaart ook maar de helft van het leven. Maar waar iets vol wordt gekozen — komt de rest vanzelf in beweging.
Je bent geen twijfelgeval. Je bent een verschuiving in wording. Welkom thuis bij jezelf.
